Cao-partijen metalektro slaan handen ineen
De cao-partijen in de metalektro gaan samenwerken op de thema’s arbeidsverhoudingen, arbeidsmarkt en industriebeleid om de uitdagingen van de sector op het gebied van de digitale en de energie-transitie aan te pakken.
De werkgevers willen wendbaar en goed opgeleid personeel, de werknemers goed en aantrekkelijk werk met ontwikkel- en groeimogelijkheden
Vorig jaar zomer sloten FME, namens de werkgevers, en de vakbonden pas na langdurige onderhandelingen en acties een nieuw cao-akkoord. Hoe moeizaam dat cao-traject ook liep, er werd wel afgesproken meer te gaan samenwerken. Hiervoor is nu de Strategische Agenda Metalektro opgesteld. Deze gaat de basis vormen voor jaarlijkse actie-agenda’s.
Werkgevers en werknemers zijn het erover eens dat technologische en sociale innovatie nodig is voor een goed functionerende sector. De werkgevers willen wendbaar en goed opgeleid personeel, de werknemers goed en aantrekkelijk werk met ontwikkel- en groeimogelijkheden.
Het realiseren van die wensen stuit op verschillende uitdagingen. Met een gemiddeld oudere beroepsbevolking is de uitstroom momenteel hoger dan de instroom. De hogere leeftijd brengt ook inzetbaarheidsuitdagingen met zich mee. De sector kent daarnaast bezwarende werkomstandigheden, zoals zwaar werk, werk in ploegen en andere vormen van (werk)verzwarende situaties. Qua diversiteit en inclusie is nog veel te winnen; momenteel is het aandeel vrouwen in een technisch beroep in de metalektro slechts 6%.
Maar ook andere ontwikkelingen hebben grote invloed op werknemers en bedrijven: nieuwe technologieën, specifieke klantwensen, nieuwe regelgeving en demografische en maatschappelijke trends. Om daar op in te spelen en toekomstbestendig te blijven moet duidelijk zijn wat er speelt en welke behoeftes er zijn bij zowel werknemers als bedrijven. Dat vraagt om stabiele arbeidsverhoudingen en daarvoor is meer nodig dan ‘alleen’ een georganiseerd cao-overleg, dat eens in de paar jaar plaatsvindt. Voor het bereiken van gemeenschappelijke doelen op langere termijn is een continue dialoog nodig in de sector én in de bedrijven.
FME en de bonden benadrukken dat de werknemer het verschil gaat maken. Ze noemen het in hun agenda cruciaal dat die werknemer de juiste skills heeft; harde skills op het gebied van techniek en technologie en ook zogeheten soft skills als creativiteit, probleemoplossend vermogen, multidisciplinair samenwerken en flexibiliteit. Om die skills ten volle te kunnen ontwikkelen en te benutten, is het nodig te investeren in werknemers; zowel door werkgevers als door de werknemer zelf.
In de agenda wordt al wel opgemerkt dat de Nederlandse arbeidsmarkt onvoldoende in staat is om de goed opgeleide werknemers te leveren, die de technologische industrie nodig heeft. Er zullen ook arbeidsmigranten nodig zijn.