Circulariteit vraagt om strategische keuzes
Ondank toenemende aandacht voor circulair ondernemen en sterk stijgende grondstofprijzen laten Nederlandse maakbedrijven circulaire kansen nog vaak liggen, waardoor het totale materiaalgebruik nog niet is afgenomen.
Een bedrijf als Aebi Schmidt bespaart veel materiaal en energie door zijn strooi- en veegwagens voor wegonderhoud deels in eigendom te houden en de inzet hiervan als dienst te verkopen.
Circulaire innovaties zijn vaak complex en kostbaar, terwijl afnemers nauwelijks extra geld voor (meer) circulaire producten over hebben. Toch is het mogelijk om niet alleen maatschappelijk, maar ook financieel rendement te genereren met meer circulariteit. Daarvoor zijn strategische keuzes noodzakelijk, zegt ING Research in een nieuwe publicatie.
Het verdienmodel moet minder leunen op het maakproduct en meer op diensten die zorgen dat producten langer meegaan. Bijvoorbeeld door producten deels in eigendom te houden. Maar ook door meer in te zetten op hergebruik van materialen en onderdelen in de productie.
Centrale rol voor waardebehoud
Om echt werk te maken van circulariteit is het voor maakbedrijven zaak strategische keuzes te maken en waardebehoud van producten een centrale rol in het bedrijfsmodel te geven. Een andere kijk op de aangeboden waardepropositie, oftewel het pakket aan ‘voordelen’ dat een bedrijf zijn klanten biedt, kan zowel de waardecreatie van de producent als het waardebehoud van zijn product en daarmee de circulariteit sterk vergroten.
Dienstverlening rond producten centraal stellen
Meer focus op dienstverlening van after-sales service, voorspellend onderhoud tot complete ontzorging staan bij een dergelijke keuze centraal. Door producten terug te nemen en zoveel mogelijk (onderdelen) te hergebruiken, kan de resterende productwaarde worden benut en het materiaalgebruik worden verkleind. Ook kan een maakbedrijf bijvoorbeeld via service, training en advies aan de klant voor een duurzamer gebruik van een geleverde machine of apparaat zorgen, bijvoorbeeld doordat deze dan op de juiste manier wordt gebruikt of doordat er meer preventief of voorspellend onderhoud plaatsvindt. Dit verlengt de levensduur van het product.
Gert Jan Braam, ING Sectorbanker Industrie: “Door meer diensten aan te bieden die ervoor zorgen dat producten langer meegaan kunnen maakbedrijven hun inkomsten minder afhankelijk maken van de productverkoop. Dit vermindert het materiaalverbruik, kan de omzet verhogen en de kasstroom stabieler maken. Daarvoor is het zaak om een strategische keuze voor meer circulariteit te maken en daarnaast meer laagdrempelige stappen te zetten, bijvoorbeeld door het waardeverlies van producten al in de ontwerpfase aan te pakken.”
Materiaalgebruik nog niet afgenomen
Ondanks dat de circulaire prestaties van Nederlandse maakbedrijven gunstig afsteken bij die van Europese sectorgenoten, is het totale materiaalgebruik 2,5% toegenomen (volgens de laatst beschikbare meting 2018, waarbij er nog geen aanwijzingen zijn voor een recente trendbreuk) en de hoeveelheid afval met bijna 1% toegenomen. Op het gebied van recycling stagneert de groei. Er zijn nog geen aanwijzingen voor een recente trendbreuk. Om meer circulair te werk te gaan zijn grotere stappen vereist. Efficiënt materiaalgebruik gaat verder dan recycling, het begint al bij het productontwerp.
Belemmeringen voor circulariteit
Zowel aan de vraagkant als aan de aanbodkant van de markt bestaan er belemmeringen voor circulaire innovaties. Zo is de prijs is voor veel consumenten belangrijker dan de duurzaamheid van producten. Dit maakt het voor producenten vaak lastiger om investeringen in circulariteit terug te verdienen. Circulaire innovaties gaan namelijk veelal met hogere bedrijfskosten gepaard door ontwikkelkosten, zoals voor het opsporen van herbruikbare goederen, het vinden van geschikte partners en het organiseren van retourlogistiek om hergebruik mogelijk te maken. Ook de uitvoering, zoals het daadwerkelijk verzamelen en uitsorteren van herbruikbare producten en materialen en de veelal vereiste samenwerking met externe partijen, brengt kosten met zich mee.
Vanderlande, Aebi Schmidt, ASML
Bedrijven als Vanderlande en Aebi Schmidt besparen veel materiaal en energie door hun producten deels in eigendom te houden en de inzet van hun producten als dienst te verkopen. Doordat zij verantwoordelijkheid voor het eindresultaat nemen, ontzorgen zij de klant en kunnen zij hun producten, respectievelijk bagageafhandelingssystemen en strooi- en veegmachines voor wegonderhoud, zo efficiënt mogelijk inzetten. Niet alleen circulariteit, ook omzet, klantrelatie en kasstroom kunnen erbij gebaat zijn. ASML intensiveert bijvoorbeeld haar dienstverlening rond producten steeds verder met abonnementen op upgrades en onderhoud, onder meer om klanten lang aan het bedrijf te binden.
Concrete circulaire stappen nodig
Concrete stappen zijn nodig om materiaal- en afvalstromen zo vroeg mogelijk aan te pakken en waar mogelijk te voorkomen. Dat begint bij een circulair productontwerp. Bijvoorbeeld door het maken van modulaire of demontabele producten, het opknappen van gebruikte producten of de door gebruikte materialen en onderdelen in te zetten. Zo heeft meubelfabrikant Vepa samen met Plantics uit Arnhem een oneindig recyclebare stoel ontworpen, waarvan de kuip bestaat uit plantaardige restanten en een biologisch bindmiddel dat uit reststromen wordt gewonnen.
Samenwerking met partners nodig
Een meer circulaire manier van produceren kan alleen bereikt worden door samen met partners op te trekken. Denk aan toeleveranciers, afnemers en ondersteunende netwerkpartners, zoals recyclingbedrijven en financiers. Om hernieuwbare, afbreekbare of herbruikbare grondstoffen en materialen in te kopen of via retourlogistiek gebruikte materialen terug te halen voor hergebruik, kan een maakbedrijf niet zonder partners. Ook het invoeren van materialenpaspoorten – met informatie over de eigenschappen van producten en systemen om hergebruik te vergemakkelijken – moet bijvoorbeeld binnen een netwerk van partijen op een eenduidige manier worden vormgegeven.
Lees hier de gehele publicatie.