‘Een heel toegankelijke opleiding van een degelijk niveau’
Patrick Louvet (40) begon zijn werkende leven als onderhoudsmonteur op onder andere baggerschepen. Intussen is hij 18 jaar actief in de verspanende industrie. Op zijn 23e ging hij voor het eerst bij een verspanend bedrijf aan de slag, als logistiek medewerker. Zes jaar later was hij bij dezelfde werkgever, mede door aanvullende scholing, opgeklommen tot hoofd expeditie magazijn. Na het volgen van een opleiding mbo 4 kreeg hij ook de afdeling zagerij onder zijn hoede. Nog weer wat later ging hij zich bezighouden met productieplanning en -besturing.
Niet drie jaar in de schoolbanken
In 2015 maakt Patrick de overstap naar zijn huidige werkgever, het verspanende bedrijf Beelen Techniek in Cuijk. “Ik doe hier nu inkoop en uitbesteding en voor een deel de aansturing van het magazijn.” Toen de opleiding Technische bedrijfskunde voor de maakindustrie zich aandiende, was Patrick direct geïnteresseerd. “Ik heb geen ambitie om het hoger management in te gaan. Daarom heb ik ook geen behoefte om nog eens twee à drie jaar de schoolbanken in te gaan voor een hbo-opleiding. Deze opleiding van STODT is ongeveer op hbo-niveau, maar dan puur over de onderwerpen die ik interessant vind en waar ik in mijn dagelijks werk echt iets aan heb. Het is een heel toegankelijke opleiding van een degelijk niveau.” Patrick heeft bij zijn werkgever geen moeite hoeven doen om deze opleiding te mogen volgen. “Ik heb het niet eens hoeven vragen, ze kwamen er zelf mee aan.”
Toegespitst op de praktijk
Op het moment van dit gesprek heeft Patrick de eerste module, Projectmanagement, zojuist afgerond. “Daarin hebben we geleerd wat projectmatig denken is en hoe je een projectplan maakt. Nu zijn we begonnen aan de tweede module, Operationele productiebesturing. De modules zijn echt toegespitst op de praktijk en de docent is iemand die het goed visueel kan maken. Dat is zeker voor mij prettig, want ik ben een beelddenker.” Het volgen van de opleiding kost Patrick – naast de lesuren in het cursuslokaal – circa drie uur per week. “Ik werk iedere week ongeveer anderhalf uur aan mijn opdracht en besteed nog eens zo’n anderhalf uur aan het nalezen van de stof die we die week in de cursus hebben behandeld.”
Voor wie geschikt?
Tot slot: zou Patrick anderen aanraden deze opleiding te gaan volgen? “Zeker, maar je moet het wel zelf echt willen. Als persoon moet je de bereidheid hebben om veranderingen in je werk te accepteren. Je moet innovatief zijn en het in je hebben om mensen aan te sturen. Sommige mensen zijn op hun best als ze zelf geen beslissingen hoeven te nemen en/of geen verantwoording hoeven te nemen. Zulke mensen zou ik deze opleiding niet aanbevelen. Maar als je graag denkt in processen, ook op managementniveau, moet je het zeker doen. Als je echt vernieuwingen en veranderingen wilt doorvoeren in je organisatie, ga je met deze opleiding heel veel nuttige kennis winnen. Als ik nog even naar mezelf kijk: zoals gezegd heb ik geen ambities richting hoger management. Maar ik wil wel beschikken over de kennis die ik nodig heb om de dingen te doen die ik wél wil doen. Daarvoor is deze opleiding ideaal.”
Technische bedrijfskunde voor de maakindustrie
Technische medewerkers in productiebedrijven groeien vaak door naar hogere functies. Tegelijkertijd komen verantwoordelijkheden binnen bedrijven steeds lager te liggen, waardoor ook van medewerkers op operationeel niveau andere vaardigheden worden gevraagd. Als antwoord op deze ontwikkelingen biedt STODT ‘Technische bedrijfskunde voor de maakindustrie’. Een nieuwe éénjarige opleiding op mbo-plus-niveau voor medewerkers die meer inzicht willen krijgen in de processen binnen hun bedrijf. De opleiding Technische bedrijfskunde voor de maakindustrie bestaat uit vier modules: Projectmanagement, Operationele productiebesturing, Operational Excellence en Industrie 4.0/Innovatie. Daarnaast is er een module Persoonlijke effectiviteit, ontwikkeling & communicatie, die als een rode draad door de hele cursus heen loopt. Een deelnemer kan de hele cursus met alle modules volgen, maar ook één of enkele modules. In beide gevallen is er sprake van een praktische insteek en een duidelijke link naar het eigen bedrijf. De totale opleiding beslaat 30 bijeenkomsten (op woensdagen van 13.00 tot 20.00 uur), de studiebelasting bedraagt drie à zes uren per week. Volgt een cursist alle modules, dan wordt in overleg met de werkgever een businesscase benoemd; een specifieke situatie in het bedrijf die men wil verbeteren.