Finish-proces laat zich goed automatiseren
Veel plaatwerkbedrijven hebben de afgelopen jaren het handmatig ontbramen, afronden en slijpen van plaatdelen vervangen door machinaal finishen. Nu is de volgende fase gaande: de automatisering rondom de finishmachine. Dat gaat niet zo zeer in de vorm van een robot of cobot, die plaatdelen in de machine legt en uitneemt, maar vaak eenvoudig met een terugvoerband of een in- en uitvoerband. Q-Fin zal hiervan op de Nederlandse Metaaldagen het een en ander demonstreren.
De F1200 XL is een F1200 machine waaraan een vierde station – een slijpstation – is toegevoegd om het finish slijpen in één doorgang te kunnen doen.
“Een cobot bij een ontbraammachine is voor velen nog een brug te ver, maar we zien wel dat bedrijven het prettig vinden om met een standaardmachine met één operator te kunnen werken”, zegt Joost Kouwenbergh van Q-Fin. “Daar zijn zeker goede oplossingen voor.”
Volautomatische ontbraamstraat
Batchgewijs werken kan bijvoorbeeld met een volautomatische ontbraamstraat. Hierbij wordt aan de ene zijde van de straat een serie plaatdelen ingevoerd op een invoerband en aan andere zijde volledig bewerkt (tweezijdig ontbraamd, afgerond en geslepen) uitgevoerd. Q-Fin heeft recent zulke straten geleverd bij Willems Baling Equipment, ASK Romijn en Snijcon. Ze bestaan uit twee F1200 ontbraammachines achter elkaar met daar tussenin een omkeerunit voor het volautomatisch keren van (grote) plaatdelen. Hierdoor kunnen de delen in één doorgang dubbelzijdig worden gefinisht. Bij Willems bijvoorbeeld belaadt de operator een 3 meter lange en 1200 mm brede tafel voor de eerste machine.
Vervolgens voert hij op het bedieningspaneel op de voorste machine, waarmee hij het hele systeem kan bedienen, de juiste instellingen in. Dan gaan alle plaatdelen door de eerste ontbraammachine en worden aan één zijde ontbraamd en afgerond. Aan de achterkant komen ze eruit en lopen dan zo de omkeerunit in. Een sensor registreert dat alle onderdelen hier in liggen. De twee tafels van de omkeerunit worden tegen elkaar gedrukt en een carrousel draait deze 180 graden om. Daarna worden alle onderdelen in de tweede ontbraammachine gevoerd om de andere zijde te volledig te bewerken. Zo kan een hele batch in één keer worden bewerkt met een hoge doorloopsnelheid.
“Van dubbelzijdige bewerking middels een straat zien veel staalverwerkers het voordeel wel in”, zegt Kouwenbergh. “Het geeft naast een hoge doorloopsnelheid ook rust, zeker als het om zware delen gaat. Plaatdelen handmatig of met behulp van een bovenkraan omdraaien hoeft niet meer. Lomp en zwaar werk verdwijnt zo.”
F1200 XL met terugvoerband
Q-Fin zal deze ontbraamstraat op de Metaaldagen presenteren op een video. Maar natuurlijk worden er ook live machines gedemonstreerd, zoals F1200 XL. Dit is een F1200 machine waaraan een vierde station – een slijpstation – is toegevoegd om het finish slijpen in één doorgang te kunnen doen. Ook zal een F200 XL worden gedemonstreerd met een terugvoerband.
Hiermee laat Q-Fin zien dat automatisering niet alleen bij een ontbraamstraat met meerdere machines en een omkeerunit mogelijk is, maar ook bij een standalone machine. “We verkopen veel machines met een terugvoerband”, vertelt Kouwenbergh. “Deze brengt de bewerkte stukken automatisch terug bij de operator, die ze nogmaals door de machine kan voeren om ook de andere zijde te bewerken. Zo kunnen batches met een hoge doorloopsnelheid worden verwerkt en wordt het werk voor de operator makkelijker.”
Vrijstaande slakkenmepper
Ook demonstreert Q-Fin de vrijstaande slakkenmepper DS600 (tevens is de bredere DS1200 leverbaar). Deze machine is genomineerd voor de ION Borghardt award, de prijs voor innovaties in de oppervlaktebehandeling. Deze wordt uitgereikt op de vakbeurs Materials-Eurofinish-Surface (MES), die tegelijk met de Metaaldagen wordt gehouden in de Brabanthallen. Slak ontstaat vooral bij plasma- en autogeen snijden en wordt steeds vaker machinaal afgeslagen in plaats van handmatig met hamer en beitel. Maar doorgaans is de slakkenmepper geïntegreerd in de ontbraammachine. Dat geeft ongewenste troep (grote brokstukken slak) in de machine. Om dat te voorkomen heeft Q-Fin een aparte slakkenmepper ontwikkeld.
Eigen software-ontwikkelingen
Tevens presenteert Q-Fin zijn nieuwste ontwikkelingen op softwaregebied. Met de nieuwste software kan de operator het touchscreen intuïtief bedienen en stelt de machine zich als het ware zelf in. Q-Fin levert zijn machines tegenwoordig met programma-keuze in het bedienmenu. De operator kan hierbij op het HMI-scherm kiezen uit een aantal vooringestelde programma’s, bijvoorbeeld voor een grote afronding, in combinatie met de juiste materiaaldikte.
Daarnaast kan hij ook zelf programma’s inzetten voor producten die regelmatig terug komen. Na het ijken van de borstels en de keuze van het juiste programma stelt de machine automatisch de juiste rotatie- en doorvoersnelheden in. Het programma geeft daarbij aan welke slijpmiddelen hiervoor geplaatst moeten worden. De software is ook klaar voor een koppeling aan een barcode scanner. Als optie kunnen alle automaten uit het Q-Fin programma daarbij worden uitgerust met automatische borstelhoogte-verstelling waarmee vanaf het touchscreen ook de hoogste-instelling geregeld kan worden.
“Onze machines zijn hiermee helemaal klaar voor Industrie 4.0”, zegt Joost Kouwenbergh. “We zijn ons leveringsprogramma steeds verder aan finetunen met eigen softwareontwikkelingen en zijn nu al zover dat je een programma kunt inschieten, waarna de lijn vanzelf loopt.”