Gebruik van video in data-acquisitie neemt snel toe

Uit onderzoek van HBM, de Duitse fabrikant van weeg- en meettechnologie, blijkt dat het gebruik van video voor data-acquisitie snel toeneemt. Video-opnames worden momenteel het meest toegepast in de bouw, de civiele techniek en de automobielindustrie, maar ook in de machinebouw en de procesindustrie.

Bijna de helft (47%) van de deelnemers aan het onderzoek gaf aan dat ze nu al video-opnames inzetten, terwijl 54% van de deelnemers verwacht dat het gebruik van video het komende jaar zal toenemen. Video wordt vooral gebruikt om beelden van testsituaties op te nemen, waardoor afwijkingen beter verklaard kunnen worden; voor de aansturing van processen en voor een aantrekkelijke presentatie van de resultaten.

Aanvulling op sensoren
Videocamera’s worden in test- en meettoepassingen veel gebruikt als aanvulling op de data-acquisitie met behulp van sensoren. Tot nu toe was er echter weinig inzicht in het aantal en de soort toepassingen van video. “Op basis van het onderzoek kunnen we concluderen, dat het opnemen van videodata naast data-acquisitie met behulp van sensoren of digitale bussignalen steeds aantrekkelijker wordt”, zegt Christof Salcher, onderzoeker bij HBM. “Videobeelden ondersteunen de traditionele sensordata en kunnen een waardevolle bron zijn voor aanvullende informatie, die bijdraagt aan een betere interpretatie van de test- en meetgegevens.”

Toepassingen en techniek
De belangrijkste reden om video in te zetten bij data-acquisitie is het verkrijgen van additionele (beeld)informatie om onverwachte afwijkingen en gebeurtenissen beter te kunnen analyseren (73%). Andere redenen zijn ondersteuning bij besluitvorming; bijvoorbeeld in de procesindustrie (50%) en de visualisatie van testresultaten voor het management (41%).
Video wordt het meest toegepast in de bouw en de civiele techniek (67%), de automobielindustrie (57%), de machinebouw (46%) en de procesindustrie (46%). In de bouw gaat het bijvoorbeeld om structurele duurproeven en belastingstesten (48%) en de monitoring van bruggen, spoorwegen, tunnels en gebouwen. Bij de monitoring van machines of algemene laboratoriumtests met testbanken (30%) gaat het onder meer om beeldinformatie over bewegende delen zoals motoren, aandrijvingen en versnellingsbakken of het opnemen van (destructieve) tests van mechanische componenten of andere systeemdelen. In de automobielindustrie wordt video vooral ingezet bij mobiele data-acquisitie of road load data-acquisitie (28%). Met de video worden bijvoorbeeld beelden van de rit en de bestuurder gemaakt of wordt het gedrag van onderdelen zoals assen en banden gemonitord. Bij botsproeven is het gebruik van video inmiddels al heel normaal.

High speed video
Webcams zijn de meest toegepaste apparatuur voor het opnemen van videobeelden voor data-acquisitie. 80 procent van de deelnemers aan het onderzoek gebruikt dat soort apparatuur. High speed video wordt door een derde van de respondenten (36%) gebruikt; vooral in de automobielindustrie en de machinebouw. Het gaat dan bijvoorbeeld om impacttests (vallen, schokken) voor mechanische componenten, waarbij de videobeelden gesynchroniseerd worden met de informatie van andere sensoren. Bij thermische testen met infrarood camera’s worden slow video camera’s gebruikt.

De belangrijkste reden om video in te zetten bij data-acquisitie is het verkrijgen van additionele (beeld)informatie om onverwachte afwijkingen en gebeurtenissen beter te kunnen analyseren

Grote hoeveelheid data
Het gebruik van video voor data-acquisitie neemt de komende jaren volgens de respondenten snel toe. Die verwachting wordt uitgesproken door zowel bedrijven die nu al video gebruiken als door bedrijven die nog geen video inzetten. In totaal verwacht 54 procent van alle respondenten, dat het gebruik van video tijdens meet- en testprocessen toe zal nemen. Onder de huidige niet-gebruikers is dat percentage 37%.

“Nu de tastbare en niet-tastbare werelden van de data-acquisitie bij elkaar komen, gaat het niet om de keuze tussen  normale sensoren óf video, maar om het gebruik van beide manieren van data-acquisitie naast elkaar. We zullen zien dat sensoren en video in data-acquisitiesystemen geïntegreerd worden en dat in steeds meer toepassingsgebieden. Videobeelden leveren namelijk waardevolle additionele inzichten en informatie naast data afkomstig van intelligente sensoren, passieve meetopnemers, digitale bussystemen en realtime data van de omgeving. En zeker voor niet-engineers kunnen videobeelden veel overtuigender zijn dan rapportages in de vorm van grafieken en tabellen”, zegt Christof Salcher. “Dat is de reden waarom HBM de toepassing van video al in een groot aantal applicaties mogelijk gemaakt heeft.”

Salcher maakt wel een kanttekening: “Video genereert heel veel data. Zelfs een relatief goedkope webcam levert enorme hoeveelheden ruwe data per seconde. Bedrijven moeten zich afvragen wat relevant is. Te veel data is wellicht niet zinvol voor het specifieke doel van de test en zal de interpretatie en de verwerking van de data alleen maar moeilijker maken. Misschien is een enkele foto van een kuil in de weg voldoende om een afwijking tijdens een rijtest te verklaren. En hoewel video belangrijk wordt hebben we voor de nauwkeurigheid nog steeds de data van andere sensoren nodig. Die worden dus zeker niet overbodig.”