Gelderblom leent Okuma draaimachine aan opleidingsinstituut
Op een state-of-the-art draaimachine van het Japanse A-merk Okuma worden de leerlingen van het Regionaal Techniek Centrum (RTC) te Hardenberg sinds kort in de fijne kneepjes van het verspaningsvak ingewijd. De machine is op leenbasis, kosteloos, ter beschikking gesteld door Okuma-importeur Gelderblom CNC Machines te Houten.
“Een mooie manier om een gemeenschappelijk belang in te vullen”, zegt RTC-voorzitter (en directeur van lidbedrijf Romit uit Dedemsvaart) Auke Sjoerd Tolsma. “De maakindustrie kan niet zonder jonge mensen die het vak op eigentijdse productiemiddelen onder de knie krijgen, en de importeur verwerft naamsbekendheid.”
Regionaal vakmanschap
Het is geen tweedehandsje, en ook geen onderwijsmachine. De Genos L300M zou in geen metaalwerkplaats misstaan. Met één meter tussen de centers, een Ø 250 mm klauwplaat en een 12-positie gereedschaprevolver, geschikt voor aangedreven gereedschap, beschikt de metaalopleiding van het RTC de komende jaren over een moderne productiemachine waarmee complexe draaionderdelen compleet met freesbewerkingen kunnen worden vervaardigd. Een voorbeeld, om niet te zeggen schoolvoorbeeld, van doelmatig en praktijkgericht onderwijs.
Behoud van regionaal vakmanschap is kort omschreven de reden dat het RTC vier jaar geleden werd opgericht op initiatief van De Koepel, een samenwerkingsverband van ondernemers in en rond Hardenberg. De bestaande opleiding kon daar niet in voorzien: het aantal jongeren dat voor de regionale metaalbedrijven beschikbaar kwam, was op de vingers van één hand te tellen.
Raymond Sieljes, bestuurslid (en commercieel directeur van lidbedrijf Eshuis te Hardenberg): “Veel leerlingen van het ROC gingen later naar het MBO in Zwolle en vonden daarna een baan ergens in het land. Daarmee waren ze voor de streek verloren, terwijl hier best veel metaalbedrijven zijn, vooral toeleveranciers.”
Omslag
Met de vergrijzing in het vooruitzicht, was dat een onrustbarende ontwikkeling, vooral op de wat langere termijn. De minimale ‘uitstroom’-behoefte lag voor de regio Vechtdal – van Noord-Oost Overijssel tot Zuid-Drenthe – op enkele tientallen.
Tolsma: “Het schortte aan interesse bij de jeugd. Techniek heeft, overigens onterecht, sowieso te kampen met een slechtimago. Zonder voldoende vakmensen redden we het echter niet, verdwijnt het werk naar lagelonenlanden. Maar in 2009 kwam met de crisis ook een zekere omslag: een technische opleiding bleek een garantie tegen dreigende naschoolse werkeloosheid. We leiden nu 155 jongeren op, in vier richtingen: metaal, bouw, installatietechniek en procestechniek. De metaalafdeling, die opleidingen verzorgt voor metaalbewerker, verspaner en allround verspaner, telt inmiddels 67 leerlingen, die hier twee dagen per week praktijk- en theorielessen volgen, die ze de overige dagen van de week bij de aangesloten bedrijven kunnen toepassen. Er is ruimte en ook noodzaak voor verdere groei.”
Sieljes: “De deelnemende bedrijven zijn tot op zekere hoogte elkaars concurrenten, maar de oprichting van het RTC heeft geleerd dat ze op bepaalde terreinen ook goed kunnen samenwerken in een netwerk. Dat tilt de metaalindustrie van de regio op een hoger plan. Er kunnen overigens nog lidbedrijven bij, ook het aantal opleidingsplaatsen kan wat ons betreft verder worden uitgebreid.”
Om dat te bereiken timmert het instituut behoorlijk aan de weg, voegt Tolsma toe. Er zijn presentaties op regionale VMBO’s en MBO’s, basisscholen bezoeken technische bedrijven in de ‘Week van de techniek’, groepen zijn welkom op open dagen en er wordt aandacht gevraagd in de lokale media.
Programmeerplekken
Er is een streven om de kwaliteit van de opleiding verder te verbeteren. Het RTC leidt leerlingen op tot de vakmensen waar vraag naar is, zowel op het niveau BBL2 (basisberoepsopleiding) als niveau BBL3 (allround vakkracht).
Martin Westerveld, vertegenwoordiger van Gelderblom voor Noord-Oost Nederland: “Voor de bedrijven ligt het accent in de vraag op niveau BBL3. Dat houdt onder andere in dat de leerlingen ervaring met verspanen en programmeren op CNC machines moeten opdoen. Het RTC had een paar machines met numerieke besturing, maar dat waren typische onderwijsmachines en beslist niet eigentijds. In de contacten met onder andere Raymond Sieljes, die liet weten dat het RTC al geholpen zou zijn met een kleine tweedehands machine, stelde Gelderblom voor om dan maar gelijk te gaan voor een nieuwe draaimachine met een behoorlijke capaciteit, op leenbasis, voorlopig voor een periode van drie jaar, met alle noodzakelijke begeleiding, training en onderhoud. Plus twee programmeerplekken. Met de besturing van de machine op de pc, zodat meerdere leerlingen het programmeren kunnen volgen.”