Industrie gaat mooie zomer tegemoet
De groei van de industrie in Nederland zet nog steeds door. Met een score van 55.5 kwam de NEVI PMI van mei beduidend hoger uit dan die van april (54.0). Eén van de redenen voor dit goede cijfer was de groei van de werkgelegenheid, die de sterkste toename liet zien sinds november 2013. Wel bleef deze groei nog steeds bescheiden.
De industrie draait op volle toeren. “En dat is te danken zowel aan de verder aantrekkende export (met name naar Groot-Britannië, Scandinavië, Oost-Europa en Azië) maar ook aan de sterke toename van de binnenlandse vraag (mede door de succesvolle introductie van nieuwe producten)”, zegt hoogleraar inkoopmanagement Arjan van Weele in zijn maandelijkse commentaar op de NEVI-cijfers. “De consument besteedt meer en het bedrijfsleven investeert meer. Resulterend in een sterke marktvraag en een goede bezetting van de productiecapaciteit (productie index: 56.1).”
Een ander gevolg zijn flink aantrekkende inkopen aan grondstoffen, halffabricaten en componenten. Maar deze hogere inkoopvolumes hebben wel een keerzijde. Van Weele: “De inkoopprijzen lopen nu getuige de inkoopprijsindex (57.5) sterk op, mede ook door ongunstige valuta-effecten (Amerikaanse dollar). Een en ander zal volgende maand, zo is mijn verwachting, terug te zien in hogere verkoopprijzen. Maar zover is het nu nog niet.”
Nu dit alles ook nog eens leidt tot meer banen in de industrie, is de conclusie van Van Weele dat het goed gaat met industrieel Nederland. “En als er geen schokkende macro effecten optreden denk ik dat de industrie een mooie zomer tegemoet gaat.”