Jubilaris STODT excelleert in verspanen en meten
Met ieder jaar zo’n 2000 tot 2500 cursisten speelt STODT een belangrijke rol bij de kennisontwikkeling in de maakindustrie. De technische bedrijfsopleider heeft een uitgebreid aanbod trainingen en opleidingen voor zowel beginners – zoals zij-instromers en werknemers die een andere functie krijgen – als doorgewinterde verspaners die willen doorgroeien naar een hogere functie. STODT bestaat precies 40 jaar. Dit wordt op 14 november gevierd met een feestelijk en informatief jubileumevenement in de hoofdvestiging in Hengelo. Het thema is duurzaamheid. “Want voor de komende 40 jaar is dit een aspect waarover je zeker moet nadenken”, zeggen Jeroen Rouwhof en Bert Smit van STODT.
Bert Smit (links) en Jeroen Rouwhof in de praktijkruimte van STODT in Hengelo. “We zijn excellent in verspanen en meten, maar een machinefabriek kan eigenlijk met alle opleidingsvragen bij ons terecht.”
STODT (Stichting Technisch Onderwijs en Dienstverlening Twente) is in 1984 van start gegaan in Almelo, bij de plaatselijke MTS. De overheid stelde destijds subsidie beschikbaar om nieuwe technieken, zoals CNC-bewerking en draadvonken, te introduceren in het technisch onderwijs. Dat moest niet alleen gebeuren op scholen, maar ook in het bedrijfsleven. In heel Nederland werden hiervoor tien demonstratiecentra opgericht, en daarvan was STODT er één. In een eigen onderkomen stond de organisatie direct op eigen benen, los van de MTS. Hier werden niet alleen opleidingen gegeven. De machines vormden ook een soort democentrum waar bedrijven konden proeven aan nieuwe ontwikkelingen. “We liepen een flink stuk voor op het bedrijfsleven”, herinnert Bert Smit zich. “We hadden daar al een geautomatiseerde bewerkingscel staan waarop we proefproducties deden. Automatisering stond destijds nog in de kinderschoenen in de maakindustrie. Nu is iedereen er volop mee bezig.”
Excellent in verspanen en meten
STODT richt zich vooral op de metaalbewerking en dan met name met opleidingen op het gebied van verspanen en meettechniek. “Daarin zijn we excellent”, zegt Jeroen Rouwhof. “Maar een machinefabriek kan eigenlijk met alle opleidingsvragen bij ons terecht. Hebben we niks in ons aanbod, dan kijken we of we iets kunnen ontwikkelen of we schakelen een specialist in. Zo werken we voor PLC-techniek bijvoorbeeld samen met Siemens.”
Praktijkgericht
De kracht van de opleidingen zit onder andere in de praktijkgerichtheid. Cursisten maken bij STODT vaak lange dagen en die worden aantrekkelijk gehouden door de theorie af te wisselen met veel oefeningen aan de machines. De docenten zijn hoofdzakelijk freelancers, die zelf werkzaam zijn in bedrijfsleven. Het zijn bovendien specialisten, die bijvoorbeeld alles weten van óf Heidenhain óf Fanuc óf Siemens, de drie CNC-besturingen die in ons land verreweg het meest worden gebruikt. Zowel voor meten als voor verspanen is het aanbod aan opleidingen groot. Het varieert van korte cursussen om de basisbeginselen van het verspanen onder de knie te krijgen tot en met langere opleidingen op een hoog niveau, BBL-niveau 4. Afgelopen september is een groep cursisten begonnen met de opleiding Technische Bedrijfskunde voor de maakindustrie. Dit is een opleiding op hbo-niveau, met het accent op de productie in de maakindustrie. Smit: “Hiermee bedienen we mensen die al een aantal jaren praktijkervaring en dus flink wat technische bagage hebben en nu de bedrijfskundige kant op willen groeien. Daardoor pikken ze de aangeboden stof makkelijk op en kunnen ze zo’n cursus vrij snel doorlopen.”
Drie locaties
STODT geeft les op drie locaties. Dat is allereerst in Hengelo, waar het in hetzelfde gebouw is gehuisvest als het ROC van Twente. Ook is er al een aantal jaren een eigen vestiging in Best om de maakindustrie in Zuid-Nederland te bedienen. Dit jaar is men ook gestart in Emmen, waar wordt samenwerkt met BVT Drenthe en het Drenthe college om in deze regio een doorlopende lijn tot en met BBL-4 niveau verspaningstechnoloog te kunnen aanbieden.
Bij veel opleidingen kan het bedrijfsleven op elk moment mensen laten instromen. Dat is een duidelijke behoefte. “We bieden sowieso maatwerk voor bedrijven”, zegt Smit. “Meer dan de helft van onze opleidingen geven we tegenwoordig op locatie bij de bedrijven zelf, met programma’s die zijn afgestemd op hun behoefte. Daarvoor sleutelen we dan wat aan onze bestaande opleidingen. Doen ze bij een bedrijf bijvoorbeeld nog niet aan 3D-meten, dan laten we dat grotendeels weg. Is er juist behoefte aan 3D-meten, dan leggen we daar het accent op.”
Jarenlang werden de opleidingen praktisch altijd in de avonduren gegeven. Dat is nu totaal anders. Vrijwel alle opleidingen vinden overdag plaats, in de tijd van de baas. Dat is een duidelijke trend volgens Smit: “De werknemers willen dat en ze zijn ook in een positie dat ze dit kunnen eisen.”