‘Krachtig herstel meeste industriële branches in 2021’
De Nederlandse industrie laat zien over de veerkracht te beschikken die nodig is om een uitweg uit de coronacrisis te vinden. De industriële productie in ons land (-6,5 procent) daalde bijvoorbeeld minder sterk dan in andere landen, doordat bedrijven goed inspeelden op de crisis. Dat zegt ABN AMRO in haar vandaag gepubliceerde Sectorprognoses 2021-2022.
Volgens de bank laten de meeste industriële branches naar verwachting in de loop van 2021 een krachtig herstel zien. Toch is de schade pas in 2022 goedgemaakt. “De industrie staat er met een groei van 3,5 procent in 2021 en 4 procent in 2022 veel beter voor dan afgelopen jaar”, zegt Franka Rolvink Couzy, Hoofd Sector Research van ABN AMRO.
Kwestie van geluk
Dat de productie in Nederland minder daalde dan in andere landen, is deels een kwestie van geluk. Zo was vanaf half maart de enorme daling van de industriële productie bij onze oosterburen vooral het gevolg van een tekort aan Chinese auto-onderdelen. Autofabrikanten werken meestal met zeer kleine voorraden, waardoor in Duitsland al snel hele fabrieken stilvielen. Nederland heeft een relatief kleine auto-industrie, waardoor de schade hier beperkt bleef.
Niet alleen geluk
Toch heeft de industrie niet alleen geluk gehad, ondernemers hebben ook goed ingespeeld op de coronacrisis. Zo produceerden chemische fabrieken en plastic verpakkers al snel vele miljoenen flacons met handzeep of desinfecterende handgel. De kunststofbranche produceerde behalve flacons ook veel ‘kuchschermen’ voor winkels en andere publieke ruimten. De branche elektrische apparaten produceerde zo snel mogelijk extra beademingsapparatuur, soms met een vereenvoudigd ontwerp om sneller te kunnen leveren. Chemiebedrijf DSM en industrieel conglomeraat VDL, die ook zelf veel last hadden van de coronacrisis, startten een joint venture voor de productie van mondkapjes en andere beschermingsmiddelen voor de zorg. De meeste fabrieken in Nederland draaiden door, terwijl ondernemers ondertussen maatregelen troffen om het besmettingsgevaar te beperken.
Geleidelijk herstel sinds zomer
Sinds de zomer is de industrie geleidelijk aan het herstellen. Dankzij het nieuws over diverse zeer effectieve vaccins is het sentiment plotseling verbeterd. Zowel de nieuwe exportorders als de binnenlandse orders trokken in november aan en de werkgelegenheid nam voor het eerst sinds het begin van de coronacrisis licht toe, zo blijkt uit deelindicatoren van de Nevi Inkoopmanagersindex, die toenam naar 54,4, de hoogste stand in 22 maanden. Een stand boven de 50 duidt op toenemende activiteit.
Herstel geremd
ABN AMRO denkt dat de meeste industriële branches in de loop van het nieuwe jaar een krachtig herstel zullen laten zien, al zal de schade pas in 2022 zijn goedgemaakt. Het herstel wordt vermoedelijk geremd door de lagere bouwproductie als gevolg van de stikstofcrisis en de traag herstellende bedrijfsinvesteringen. De bouw is een belangrijke afnemer van onder meer metaalproducten, rubber- en kunststofproducten, elektrotechniek en bouwmaterieel. Het trage herstel van de bedrijfsinvesteringen zorgt naar verwachting voor een traag herstel van de machinebouw. Door de coronacrisis is in veel sectoren overcapaciteit ontstaan. Daarnaast hebben veel ondernemingen investeringen uitgesteld om de kaspositie op peil te houden. De wereldeconomie herstelt pas in de loop van 2021 krachtig, waardoor de bedrijfsinvesteringen naar verwachting voorlopig langzaam aantrekken. In het Verenigd Koninkrijk, een belangrijke handelspartner, blijven de bedrijfsinvesteringen achter door de brexit.
China wordt een hele kluif
De komende jaren kan de industrie profiteren van het herstel van de wereldhandel. De handelsspanningen tussen de Verenigde Staten en China zullen niet helemaal verdwijnen, maar naar verwachting zal president Biden wel voor meer stabiliteit zorgen dan zijn voorganger. Anderzijds krijgen Europese bedrijven nog een hele kluif aan de concurrentie uit China, dat steeds hoogwaardiger producten maakt en zich richt op groeisegmenten, zoals elektrische auto’s, vrachtwagens en bussen. Vermoedelijk komt er vanaf 2021 weer meer aandacht voor thema’s die op de langere termijn belangrijk zijn voor de industrie, zoals de nodige verduurzaming en het structurele tekort aan technisch geschoold personeel.
Inspelen op nieuwe behoeftes
Rolvink Couzy: “Bedrijven die beter zijn voorbereid op nieuwe gebeurtenissen kunnen de schade van een crisis beperken door andere inkomstenbronnen aan te boren. Wie afwacht, staat zo twee jaar stil – om te ontdekken dat de wereld na de crisis is veranderd. Juist in een crisis ontstaan nieuwe behoeftes en bedrijven die erin slagen hierop in te spelen, zullen hier sterker uitkomen. Een lage kostenbasis, financiële en operationele buffers en een goed zicht op wat komen gaat, zorgen voor veerkracht. Dit zorgt niet alleen voor een sneller herstel na corona, maar óók in de toekomst voor meer flexibiliteit.”
Lees hier de volledige Sectorprognoses 2021-2022 van ABN AMRO