Maakindustrie groeit bovengemiddeld
De productiegroei van de Nederlandse maakindustrie is de laatste tien jaar groter dan die van de meeste Europese landen. In een vergelijking tussen negen Europese landen neemt Nederland na Oostenrijk en Duitsland de derde plaats in. In 2014 zal de Nederlandse maakindustrie naar verwachting met 3% groeien. Extra investeringen zullen de komende jaren vooral gericht zijn op onderzoek & ontwikkeling en verkoop.
Dit – en meer – staat in het ING rapport My Industry – Groeiambities van de Nederlandse maakindustrie. Dit rapport is vorige week gepresenteerd op de ESEF/Techni-Show in Utrecht.
Ruim 8 op de 10 bedrijven met een vastgesteld strategisch plan, heeft daarin een groeidoelstelling opgenomen. Driekwart van de bedrijven uit de maakindustrie wil de komende jaren groeien in het buitenland. Europa is voor 92% van deze bedrijven het belangrijkste groeigebied, maar ook de VS/Canada en Azië zijn belangrijke groeiregio’s. Een kwart van deze bedrijven wil de eigen productie in het buitenland vergroten. Extra investeringen zullen de komende jaren vooral gericht zijn op onderzoek en ontwikkeling en verkoop. Maar ook investeren in nieuwe machines en training en het werven van personeel staan hoog op de agenda. 7% van de ondernemingen geeft aan onvoldoende ruimte te hebben om extra te investeren.
De Nederlandse maakindustrie is in Europees perspectief relatief klein, maar ontwikkelt zich goed. In een vergelijking tussen acht eurolanden en het Verenigd Koninkrijk staat Nederland 3e als het gaat om de productieontwikkeling de afgelopen tien jaar. De Nederlandse maakindustrie ontwikkelt en produceert goederen die de hele wereld over gaan. Deze aansluiting op de wereldmarkt in combinatie met een groeiende wereldvraag, bieden aantrekkelijke vooruitzichten. Bert Woltheus, ING Sectormanager Industrie: ”Het benutten van de kansen is afhankelijk van de ambitie en strategie van ondernemers. Van de bedrijven met een strategisch plan heeft 84% een groeidoelstelling opgenomen. 20% hiervan wil verdere groei alleen in het buitenland realiseren, 25% alleen in Nederland, 55% in beide gebieden.”
Lees hier het volledige rapport