Met vrijwel alle seinen op rood hoopt industrie op zachte landing in 2024
De Nederlandse productiebedrijven sloten 2023 af met een verdere verslechtering van de bedrijfsomstandigheden, zo blijkt uit de laatste PMI-onderzoeksgegevens.
Het PMI-cijfer veranderde niet veel (44.8 in december tegenover 44.9 in november) en wijst daarmee nog steeds op een forse verslechtering van de stand van zaken in de sector.
De bedrijven verkleinden in december wederom de productieomvang, terwijl het aantal ontvangen nieuwe orders fors verder daalde.
Minder inkoopactiviteiten
Vanwege de zwakke vraag verkleinden de bedrijven hun voorraden en brachten zij hun inkoopactiviteiten terug om zo de cashflow te verbeteren. De prijsgegevens lieten een aanzienlijke daling zien van de operationele kosten als gevolg van de lagere grondstof- en energiekosten. De bedrijven verlaagden hun verkoopprijzen echter slechts in lichte mate.
Aanhoudende onzekerheid
Het PMI-cijfer veranderde niet veel (44.8 in december tegenover 44.9 in november) en wijst daarmee nog steeds op een forse verslechtering van de stand van zaken in de sector, de zestiende op rij. Bovendien hadden voor de zevende achtereenvolgende maand alle vijf componenten van de PMI een negatieve impact op het hoofdcijfer.
De producenten maakten in december melding van een daling van het aantal nieuwe orders en daarmee duurt de huidige periode van krimp al vanaf augustus 2022. De panelleden gaven aan dat de aanhoudende onzekerheid in de markt de reden was voor de matte verkoop. Sommige bedrijven maakten specifiek melding van een zwakke vraag uit de bouwsector. De daling van het aantal nieuwe orders was fors, maar wel de kleinste sinds april.
Vrijwel alle seinen op rood
“Vrijwel alle seinen staan op rood”, zegt Albert Jan Swart, sector econoom industrie bij ABN AMRO, in zijn maandelijkse commentaar op de cijfers. “Het aantal nieuwe orders blijft maar dalen, waardoor industriële ondernemers zich genoodzaakt zien de productie en de inkoopactiviteiten verder terug te schroeven. Daarnaast snoeien zij verder in de werkgelegenheid.”
Optimistisch over 2024
Desalniettemin zijn inkopers overwegend optimistisch over 2024. Maar liefst 38 procent van de respondenten denkt dat de productie dit jaar stijgt. Een minderheid van 19 procent denkt dat de productie in 2024 verder afneemt.
Swart: “Het optimisme is de laatste maanden wel afgenomen vanwege het moeilijke economische klimaat. De laatste keer dat de inkoopmanagers zo weinig optimistisch waren was in oktober 2022. De optimisten kijken uit naar bijvoorbeeld nieuwe investeringen, nieuwe contracten met klanten en hopen op een toename van de export. Ondanks de snel afnemende bedrijvigheid is de hoop op een zachte landing naar verwachting niet vergeefs. Weliswaar is het aannemelijk dat de vraag naar industriële goederen in de eerste maanden van 2024 verder afneemt, maar vanaf het tweede kwartaal kan voorzichtig herstel optreden. De overtollige voorraden van industriële goederen, die tijdens de pandemie zijn ontstaan, zijn dan vermoedelijk afgebouwd. Ook kan de rente in 2024 verder dalen doordat de inflatie onder controle komt.”
Dalende rentes
Op de kapitaalmarkt is de rente de laatste weken al snel gedaald; de effectieve rente op tienjarige Nederlandse staatsobligaties is sinds oktober met ongeveer één procentpunt gezakt. De Europese economie presteert zwak, wat de inflatie vermoedelijk verder drukt. Ook de centrale banken zorgen voor dalende rentes. De daling van de lange rente maakt het voor ondernemers aantrekkelijker om te investeren in bijvoorbeeld machines, waardoor de Nederlandse machine-industrie het dit jaar drukker kan krijgen.
Mogelijke verlagingen van de beleidsrente maken de financiering van voorraden goedkoper, waardoor ook de vraag naar halffabricaten zoals metaal- en kunststofproducten dit jaar kan verbeteren. Het herstel zal echter traag zijn, omdat de wereldeconomie maar langzaam groeit. ABN AMRO verwacht daarom voor de industrie een langzaam herstel vanaf het tweede kwartaal. Al met al acht de bank de kans dus groot dat de Nederlandse industrie al voor de zomer een zachte landing maakt.
Producenten industrie negatiever
Tegelijk met de PMI-cijfers, maakte het CBS bekend dat de producenten in de industrie in december negatiever waren dan in november. Het vertrouwen ging van -0,5 in november naar -3,4 in december. Dat is de laagste stand in ruim 3 jaar. Fabrikanten waren vooral pessimistischer over de orderportefeuille en de verwachte bedrijvigheid in de komende drie maanden.
Alle deelindicatoren van het producentenvertrouwen waren negatief. Het aantal producenten dat de orderpositie groot acht, was kleiner dan het aantal dat de orderportefeuille klein vindt, gelet op de tijd van het jaar. Het aantal producenten dat verwacht dat hun productie de komende drie maanden zal toenemen was kleiner dan het aantal dat een afname van de productie voorziet. Het aantal producenten dat de voorraad eindproduct als klein beschouwt, was kleiner dan het aantal dat de voorraden groot vindt.
In ruim de helft van alle branches in de industrie verslechterde het producentenvertrouwen in december. De achteruitgang was het grootst bij de fabrikanten in de textiel-, kleding- en lederindustrie en bij de producenten in de elektrotechnische en machine-industrie. In beide bedrijfsklassen was het vertrouwen wel positief.
Lees hier het gehele rapport.