Metaalunie: Prinsjesdag biedt kansen voor MKB
In de rijksbegroting die het kabinet op Prinsjesdag heeft gepresenteerd, zitten afspraken waar het MKB van kan profiteren. Dat zegt Koninklijke Metaalunie in een eerste reactie. “We zijn blij met de aandacht voor de positie van het MKB en het voortzetten van de steunmaatregelen zoals NOW 3.0 en het uitsmeren van het terugbetalen van uitgestelde belastingen”, zo reageert Jos Kleiboer, directeur Beleid van Metaalunie op de kabinetsplannen.
Zetje in de rug
De meest in het oog springende maatregel is de verlaging van de eerste schijf in de vennootschapsbelasting en de verlenging van de schijf waarover dit lagere tarief wordt geheven. Jacco Vonhof, voorzitter MKB-Nederland: “Met het coronapakket en bijvoorbeeld de verlaging van de vennootschapsbelasting naar 15% voor winsten tot uiteindelijk 400.000 euro kunnen we veel meer MKB’ers de komende jaren een zetje in de rug geven.
Toch is het zeker nog niet allemaal halleluja. De fiscale maatregelen tegen familiebedrijven rondom box 2, de versnelde afbouw van de zelfstandigenaftrek en het feit dat er nog steeds onbedoeld ondernemers buiten de corona-steunmaatregelen vallen, helpen niet. Hier gaan we de komende maanden kijken wat we politiek voor elkaar kunnen boksen om dat te verbeteren.”
Ook wil Vonhof dat het kabinet ondernemers langer de tijd geeft – vier in plaats van twee jaar – om uitgestelde belastingen terug te betalen. “Anders gaan ondernemers meer dan 35% extra belasting per maand betalen en dat zet juist een rem op investeringen.”
De verlaging van de zelfstandigenaftrek noemt Kleiboer ongelukkig. Dit toont volgens hem de onmacht van politiek Den Haag om zelfstandige ondernemers te onderscheiden van schijnzelfstandigheid. “Echt ondernemerschap moet gestimuleerd blijven: daar moet dus een goede (investerings)regeling tegenover komen te staan”, aldus Kleiboer.
FME: Geen doorbraak in ‘leven lang leren’
FME wijst er op dat het kabinet de laatste kans om de beloofde doorbraak in een ‘leven lang leren’ uit het Regeerakkoord te realiseren laat liggen. Er wordt weliswaar flink geïnvesteerd in innovatie via het Nationaal Groeifonds, maar dat heeft volgens FME alleen zin als er ook voldoende technologisch (bij- en om)geschoolde medewerkers zijn.
“Het zijn de mensen die de investeringen omzetten in nieuwe technologieën en producten”, zegt FME-voorzitter Ineke Dezentjé. “We moeten ons uit de crisis innoveren en daarvoor hebben een goed opgeleide beroepsbevolking nodig. Die is er in de technologische industrie nu nog steeds onvoldoende.”
Ook vindt FME dat met de uitwerking van het Nationaal Groeifonds ingezet moet worden op innovatieve investeringen. Dezentjé: “Dat een derde van het geld naar infrastructuur gaat is mooi, maar meer asfalt en nieuwe treinverbindingen dragen nauwelijks bij aan ons verdienvermogen. Slimme sensoren die onze bruggen veilig houden, intelligente stoplichten en radicale mobiliteitsinnovaties zoals zelfrijdende auto’s en de Hyperloop, doen dat wel.”
Dat de WBSO, de fiscale regeling voor Research en Development (R&D), verruimd wordt noemt FME goed nieuws, maar daar staat tegenover dat het belastingtarief in de Innovatiebox omhoog gaat. “Jammer, want er is echt maar één weg uit de crisis: innovatie.”