Nederlandse machinebouw overtreft mondiaal gemiddelde
Wereldwijd krijgt de machinebouw rake klappen. Dit jaar dalen de inkomsten mondiaal met 5%, zo voorspelt de researchafdeling van Euler Hermes. Daarmee vergeleken doet Nederland het goed. Geen krimp maar een pas op de plaats (0 % groei), zo blijkt onder meer uit de economische barometer van de Koninklijke Metaalunie.
Onzekerheid over olie- en andere grondstoffenprijzen, rente en vooral het divergerend karakter van het monetair beleid van Janet Yellen en Mario Draghi en het laagste Chinese exportcijfer sinds 2009 beheersen de wereldeconomie. Investeringen worden uitgesteld en daar heeft de kapitaalintensieve machinebouw last van. Een uitzondering vormen bedrijven die zich op onderhoud (Services) richten. In Nederland valt op dat woningbouw-gerelateerde machines het goed blijven doen en dat geldt ook voor machines gericht op landbouw en foodprocessing. Alleen Duitsland en Italië exporteren wereldwijd meer foodmachines.
Goed gepositioneerd
Volgens Johan Geeroms, Senior Risk Manager bij Euler Hermes Nederland zijn vooruitzichten op de langere termijn gunstig voor de machinebouw. “Zeker in Nederland. Als het gaat om de ontwikkeling van hightechsystemen lopen we voorop. Processen worden steeds ‘slimmer’ waarbij ICT het technisch bindmiddel is om verschillende machines in de productieketen te koppelen. Daar zijn we goed in. Kijk naar Brainport rond Eindhoven en de hightech-maakindustrie in Twente. Naarmate robotisering en tal van hoogwaardige technologieën (zoals sensor- en nanotechnologie) verder oprukken, is de Nederlands machinebouw goed gepositioneerd.”
Geeroms stelt dat hoogwaardige, complexe machines bij uitstek producten zijn waarmee Nederlandse bedrijven op de wereldmarkt kunnen concurreren. “Je kunt zeggen: het kan ons niet moeilijk genoeg zijn. Dan komen we het beste uit de verf. Dat is te danken aan de kwaliteit van het onderwijs. Maar ook zijn we in Nederland goed in samenwerken. Niet alleen tussen bedrijven, ook overheden en onderwijsinstellingen doen daarin mee. Elders gebeurt dat veel minder.”
Een goed voorbeeld, volgens Geeroms, is de agro & food-machinebouw. “De Nederlandse agro & food-sector hoort tot de top van de wereld. Binnen de keten delen we volop data en werken we intensief samen. Zo breiden we onze kennisvoorsprong uit en zijn we toonaangevend bij de ontwikkeling van Smart Industry op het gebied van agro & food.”
Gewilde partner
Tal van mondiale vraagstukken zoals voedsel- en energievoorziening, zorg of mobiliteit bieden de hoogtechnologische machinebouw in Nederland volop perspectief. “Dat kan heel goed in de sfeer van co-productie. Met onze proceskennis, duurzame productiemethoden en onze ervaring met ketensamenwerking zijn we voor andere landen een gewilde partner. Met de gezondheid van de Nederlandse machinebouw is niks mis; het wachten is op een fitte wereldeconomie.”