Nevi PMI: Teruggang Nederlandse industrie zwakt af
De Nederlandse productiesector sloot het jaar af met een achteruitgang, met aanhoudende dalingen van het aantal nieuwe orders, de productieomvang en de werkgelegenheid. Er waren echter ook aanwijzingen dat de terugval wijdverbreid afnam, met betere vooruitzichten voor komend jaar.
“De Nevi Inkoopmanagersindex is over december 2024 met maar liefst twee punten verbeterd, van 46,6 naar 48,6.
De vraag bleef mat en er was sprake van bewuste voorraadverkleining door de bedrijven. Net als in november daalden de hoeveelheid ingekocht materiaal en de materiaalvoorraad deze maand in aanzienlijke mate. De verkoopprijsinflatie bleef ondertussen fors en veranderde deze maand nauwelijks, terwijl de kostendruk als gevolg van de grondstof- en personeelskosten aanhield en zelfs iets groter was.
Stijging van 2 volle punten
De PMI steeg van 46.6 in november naar 48.6 in december. Ondanks het feit dat dit wijst op een voortgaande verslechtering van de bedrijfsomstandigheden in de sector, was deze teruggang beperkt en de kleinste sinds juli. Alle vijf deelindexen droegen bovendien bij aan de stijging van het hoofdindexcijfer in december. De Nederlandse productiebedrijven hadden in de laatste maand van het jaar te maken met een aanhoudende daling van het aantal ontvangen nieuwe orders, wat door de panelleden werd toegeschreven aan een algemene verslechtering van de marktomstandigheden. De daling was matig, maar wel de kleinste in vijf maanden. Er was bovendien in alle drie onderzochte subsectoren deze maand sprake van een minder grote daling van het aantal nieuwe orders.
De verkoop aan buitenlandse klanten nam in december opnieuw af, al was deze afname minder groot dan vorige maand. De panelleden die een kleiner aantal nieuwe orders noteerden, maakten melding van een zwakke vraag uit landen in Noord-Europa en vooral uit Duitsland. De laatste gegevens lieten een verdere productiedaling zien bij de Nederlandse industriële bedrijven, wat voortvloeide uit het kleinere aantal ontvangen nieuwe orders. De daling in december was echter bescheiden en de kleinste in de huidige periode van krimp van zes maanden.
Er waren nog steeds aanwijzingen dat er sprake was van overcapaciteit bij de Nederlandse productiebedrijven in december, met een forse daling van de achterstanden. Deze daling was echter de kleinste dit kwartaal. Als gevolg hiervan werden de personeelsbestanden voor de vijfde maand op rij verkleind, zij het in slechts geringe mate.
Voorraadvermindering nog steeds aan de orde van de dag
Overeenkomstig de lagere productie-vereisten werden de inkoopactiviteiten in de laatste maand van dit jaar wederom verkleind. Dit ondersteunde tevens de plannen van de bedrijven voor voorraadreductie en de materiaalvoorraad was in december opnieuw kleiner. Deze daling was aanzienlijk, maar kleiner dan in november. De Nederlandse producenten maakten desondanks melding van langere levertijden in december. De panelleden gaven aan dat de leveranciers als gevolg van tekorten niet in staat waren hun orders op tijd te verwerken en af te leveren. Dit was de grootste verslechtering van de prestatie van leveranciers sinds juli.
Op het prijsfront was er in december sprake van een aanhoudende stijging van de inkoopprijzen in de Nederlandse productiesector. De inflatie was het hoogst in vier maanden, maar bleef bescheiden. De panelleden gaven aan dat de belangrijkste reden voor de kostendruk de loon- en grondstofkosten waren. De verkoopprijzen werden in december in vergelijkbare mate verhoogd als vorige maand, omdat de bedrijven probeerden de hogere kostendruk door te berekenen aan hun klanten.
Tot slot was het vertrouwen in de toekomstige productieomvang in december door de minder grote teruggang in Nederland het grootst in vijf maanden. Dit optimisme was gebaseerd op geplande investeringen, groeiambities van de bedrijven en een voorspelde stijging van het aantal nieuwe orders.
Herstel in 2025
“Het optimisme over het komende jaar is toegenomen”, aldus Albert Jan Swart, sectoreconoom industrie van ABN AMRO. “In 2025 kan de vraag dankzij de dalende rente wat aantrekken. De hoge energieprijzen in Europa hebben de concurrentiepositie van bedrijven in vooral de chemie en basismetaalindustrie aangetast. Als klap op de vuurpijl zorgt de komende Amerikaanse president Donald Trump ook nog voor onzekerheid. De maatregelen die hij eerder heeft aangekondigd, zoals nieuwe invoerheffingen op buitenlandse producten, zouden gevolgen kunnen hebben voor de internationale handel en voor de export van de Europese industrie. Het herstel van de Nederlandse industrie in 2025 hangt vooral af van de groei van de chipmarkt, die vooral door de groeiende investeringen in kunstmatige intelligentie wordt gestimuleerd.”
Download hier het Nevi PMI rapport over de maand December 2024.