Ontwikkeling staalprijzen: het blijft afwachten
Reeds enige tijd circuleren berichten in de markt over prijsstijgingen, die de staalfabrieken wensen door te voeren. Vooralsnog worden die stijgingen nog niet geëffectueerd en gaan basisprijzen binnen de EU sterk uiteen lopen, althans de door de fabrieken gevraagde prijsniveaus. Zo wordt door enkele fabrieken voor warmgewalste coils een prijs genoemd van € 440 of 450, andere fabrieken spreken over prijzen van € 460-490 per ton.
Eenzelfde breed prijsverschil treedt inmiddels ook op bij koudgewalst en verzinkt materiaal, stelt de Nimeegse staalhandelaar Noviostaal in haar maandelijkse nieuwsbrief. Het maakt de marktsituatie er niet duidelijker op wat op zich dus tot een aarzelende houding bij de kopers heeft geleid. Toch waren de signalen over prijsverhogingen redelijk eensgezind. ArcelorMittal kwam met een verhoging van €40. Dit werd onmiddellijk gevolgd door aankondigingen van andere grote producenten als ThyssenKruppSteel, Salzgitter, Marcegaglia en Tata Steel. De markt wil er kennelijk nog niet aan en dat is volgens Noviostaal niet geheel onbegrijpelijk. Er is immers voldoende aanbod van materiaal en alle pleidooien om productiecapaciteiten te beperken hebben nog niet veel concrete resultaten opgeleverd. Integendeel: van jan. t/m okt. 2013 is er in vergelijking met dezelfde periode 2012 zelfs 3,2 % meer ruwstaal gefabriceerd. In gewicht uitgedrukt betekent dat een toename van ca. 42 miljoen ton, waarvan Azië de hoofdmoot voor haar rekening genomen heeft. In Europa (EU + rest) en in Noord- & Zuid-Amerika daalde het volume.
Die aanhoudende groei betekent, dat er een voortdurende druk op het prijsniveau blijft, waardoor de argumenten om juist de prijzen te laten stijgen aan kracht verliezen. Daarnaast moeten we ook vaststellen, dat importprijzen redelijk stabiel zijn te noemen, waardoor ze ook geen stimulans geven aan hogere prijzen binnen de EU. Het economische herstel, waarvan sinds kort sprake is, blijkt ook nog broos te zijn, waardoor er op korte termijn geen aantrekkende vraag naar staal te verwachten valt. De automobiel- en bouwindustrie zijn de grote staalverbruikers. Weliswaar is het voor het eerst sinds 2011 dat er in Europa twee maanden op rij een stijging van de autoverkopen genoteerd werd (+4,7% t.o.v. oktober 2012), maar per saldo blijven die verkopen 3.1 % lager dan in 2012. Ook bij de bouwactiviteiten zijn nog steeds geen noemenswaardige positieve signalen waar te nemen. De zwak blijvende vraag noopt diverse fabrieken tot het nemen van maatregelen in de vorm van afbouw van het personeelsbestand of sluiten van bepaalde productielijnen. US Steel kondigde begin november aan haar productie van ruw staal in Hamilton (Canada), dat overigens al sinds oktober 2010 stil lag, definitief te sluiten. In Spanje wordt wellicht ook een walsstraat voor lange producten afgebouwd. Dit soort capaciteitsbeperkingen zet echter weinig zoden aan de dijk met betrekking tot het grote overschot aan productiecapaciteit. Daarnaast worstelen diverse staalproducenten met hun financiële positie. Het grote voorbeeld is ThyssenKruppSteel (TKS), dat kennelijk op het punt staat haar – naar kenners menen- mislukte investering in Alabama (USA) eindelijk te kunnen verkopen. De verkoop van haar ruwstaalproductie in Brazilië daarentegen lijkt niet rond te komen. Waarschijnlijk vanwege de ontwikkelingen in de USA heeft het bedrijf de publicatie van haar jaarcijfers uitgesteld tot begin december. Analisten verwachten dat het concern – een kroonjuweel van de Duitse industrie – voor het 3e jaar op rij verlies zal maken en zelfs wordt gesproken over de aanbeveling het bedrijf te splitsen in een staalproductie bedrijf en overige industriële activiteiten. De gecompliceerde aandelenstructuur van TKS echter maakt zo’n opdeling waarschijnlijk lastig. “Al met al is de conclusie terecht, dat de economische crisis de Europese staalindustrie nog steeds hard raakt”, besluit Noviostaal de november-editie van haar nieuwsbrief.