Open huis DMG Mori in teken van zeven wereldprimeurs

Onder de draaibanken zal de nieuwe CTX 350 als primeur worden voorgesteld. DMG Mori positioneert de nieuwe universele draaibank als de opvolger van zowel de CLX 350 als de CTX alpha 500. De nieuwe machine combineert het beste van beide machines – het prijsniveau van de CLX-serie en de prestaties en uitrustingsdiversiteit van de CTX-serie. Nieuwe kenmerken zijn onder andere de hoofdspil met een energiezuinige motor en een verbeterd thermisch gedrag, een dynamische en nauwkeurige C-as met betere positionering en een VDI-30 revolver met lucht-oliesmering. Optioneel zijn een Y-as met een slag van +/- 50 mm en een tegenspil met een maximaal toerental van 6.000 min^-1 beschikbaar. Voor de besturing gebruikt DMG Mori Siemens of Fanuc. Intelligente automatiseringsoplossingen voor het autonoom laden en ontladen van werkstukken vervolledigen de modulaire mogelijkheden rond de CTX 350.

T1 en T2 universele draaibanken

In navolging van het reeds succesvolle M1 verticale bewerkingscentrum, betreedt DMG MORI nu de instapklasse in universeel draaien met de nieuwe T1 en T2. Beide modellen beschikken over state-of-the-art componenten: een krachtige hoofdspil, lineaire geleidingen, een modern Siemens besturingssysteem evenals de IoT-connector voor integratie in gedigitaliseerde productie. Het robuuste machinebed en de lineaire geleidingen in alle assen zorgen voor dynamische en nauwkeurige draaibewerkingen.

De T1 en T2 worden aangeboden in de drie uitrustingsvarianten Complete, PLUS en PRO, zodat het voorziet in verschillende productievereisten. In het hart van de machines bevinden zich hoogwaardige hoofdspillen. In de T1 bereikt deze een toerental van 4.500 min^-1 en een koppel van 140 Nm, terwijl de spil in de T2 een toerental heeft van 3.500 min^-1 en 319 Nm. De standaard stafdiameter is 65 mm voor de T1 en 80 mm voor het grotere model. De revolver biedt plaats aan twaalf gereedschappen (T1: VDI 30 / T2: VDI 40). Het stabiele machinebed staat onder een hoek van 45° voor een optimale spaanafvoer. De universele draaibanken maken deel uit van DMG Mori’s PAYZR-abonnementsaanbod.

Drie-assige M1 krijgt opvolger

Na het succes van de M1 als instapmodel in de verticale bewerking presenteert DMG Mori de nieuwe M2 als consequente uitbreiding in dit machine segment. Net als zijn kleinere zustermodel zal ook deze drie-assige freesmachine dienen als kostenefficiënte aanvulling op het machinepark. De M2 is geschikt om productiepieken op te vangen. Zijn opspanoppervlak meet 1.400 x 600 mm en de slag bedraagt 1.100 x 550 x 510 mm, zodat er nu voldoende ruimte is voor de bewerking van grotere componenten. Het monolithische ontwerp van het machinebed geeft de M2 een hoge stijfheid en optimale dempingseigenschappen. Gebruikers profiteren ook van de hoge thermische belastbaarheid van het bewerkingscentrum en de hoogwaardige componenten. Krachtige spindels met 10.000 min^-1 of 12.000 min^-1 en het snelle gereedschapsmagazijn met 24 posities maken deel uit van het uitrustingspakket. Al met al maakt de M2 een dynamische en stabiele bewerking mogelijk met een goede oppervlaktekwaliteit en een lange standtijd.

DMU 40 als instap vijfasser

Meer dan 10.000 verkochte machines van de DMU 50 3rd Generation bewijzen dat compacte en aantrekkelijk geprijsde universele machines voor 5-assige simultaanbewerking in tal van industrieën een hoge prioriteit hebben. Met de nieuwe DMU 40 speelt DMG Mori expliciet in op de vraag naar veelzijdige productieoplossingen voor complete bewerkingen. De machine is gebaseerd op het concept van de DMU 50 3rd Generation en is tevens voorbereid voor geautomatiseerde productie met een PH 150 of Robo2Go. Drie basismachines – DMU 40, DMU 40 PLUS en DMU 40 PRO – voldoen aan individuele eisen tot de hoogste precisie in het micrometerbereik. Kortom: De DMU 40 biedt alle voordelen van de DMU 50 3e generatie tegen een gunstige instapprijs.

Nieuwe generatie monoBLOCK

Na meer dan 6.000 geïnstalleerde bewerkingscentra uit de monoBLOCK serie, presenteert DMG Mori nu de tweede generatie van het succesvolle machineconcept. Zowel de nieuwe DMU 65 monoBLOCK 2nd Generation als de DMU 75 monoBLOCK 2nd Generation verschijnen in het ergonomische stealth design en maken indruk met de geoptimaliseerde nauwkeurigheid. De nauwkeurigheid van de monoBLOCK 2nd Generation is met 20 procent verbeterd. Een positioneringsnauwkeurigheid van 4 micrometer wordt standaard gegarandeerd. Level 4 connectiviteit met IO-Link sensoren en voorbereiding voor een automatiseringsinterface zijn al standaard aan boord. Bij de verdere ontwikkeling van het monoBLOCK-concept is DMG Mori trouw gebleven aan de sterke punten van de voorgaande machines: Ergonomie, veelzijdigheid en precisie kenmerken ook de nieuwe DMU 65/75 monoBLOCK 2nd Generation. De optimalisatie van het monoBLOCK-concept ligt vooral in de componenten die voor een nauwkeurige bewerking zorgen. De kogelomloopspillen van de X- en Y-as worden direct aangedreven en zijn voorzien van uitgebreide koelingsmaatregelen, terwijl de spiraalvormige tandwieloverbrenging van de starre NC-draaitafel ook bij continu gebruik voor optimale oppervlakken zorgt. Bovendien vermindert de thermosymmetrische koeling van de slede onnauwkeurigheden. De temperatuurstabiliteit is door de verbeteringen met 20 procent verhoogd.

Nieuwe machine met bewegende kolom

Met de DMF 200|8 en DMF 300|8 heeft DMG Mori het segment machines met bewegende kolom naar een nieuw niveau getild. Op basis van een consequente doorontwikkeling presenteert de machinefabrikant nu ook de grotere DMF 300|11, waarbij ook de stijfheid met 20 procent is verhoogd ten opzichte van de vorige serie. De positioneringsnauwkeurigheid bedraagt 5 micrometer dankzij het stabiele machinebed, drie lineaire geleidingen in de X-as en een holistisch koelconcept. Met een bereik van 3.000 x 1.100 x 1.050 mm kon DMG Mori het werkbereik met 40 procent vergroten. In de standaarduitvoering biedt het gereedschapsmagazijn plaats aan 40 gereedschappen met lengtes tot 400 mm. De DMF 300|11 is in zijn ergonomische stealth design ook comfortabel te bedienen en voorbereid op productieve automatiseringsoplossingen.

Flexibel gereedschapsmagazijn

Het door DMG Mori ontwikkelde wielmagazijn, dat inmiddels meer dan 1.600 keer is verkocht, is inmiddels verder doorontwikkeld. Op basis van het eerste wielmagazijn heeft de machinefabrikant de CTS (Central Tool Storage) geïntroduceerd, een centraal gereedschapsmagazijn. Dankzij een oppervlak van slechts 29 m² kan het ruimtebesparend op elke plaats in de productie worden geïnstalleerd. Daar fungeert het, met ruimte voor maximaal 1.440 (ISO 40) of 960 (ISO 50) gereedschappen, als basis voor een geautomatiseerd gereedschapsaanvoersysteem. DMG Mori zal het systeem in Pfronten demonstreren in combinatie met een transportshuttle. Het modulaire gereedschapsmagazijn is compact van opzet en kan ook trapsgewijs worden uitgebreid met 360 (ISO 40) of 240 (ISO 50) gereedschappen. Op volle capaciteit meet de CTS 6.500 x 4.450 mm.