Schmalz biedt oplossingen voor elk uitraapprobleem
Een snijmachine beladen met een volle plaat is geen probleem, maar het van de snijtafel halen van gesneden plaatuitslagen en het masker dat overblijft, is dat des te meer. In de meeste plaatwerkbedrijven gebeurt dat dan ook nog handmatig, al dan niet met ondersteuning van tilhulpen. Schmalz, totaalleverancier van vacuümtechniek voor materiaalhandling, heeft veel ervaring met projecten die het uitraapproces verbeteren.
“Wij hangen niet een tilhulp op, maar lossen een tilprobleem op. Of een automatiseringsprobleem”, zegt Jan Nijhuis, vestigingsmanager van de Nederlandse Schmalz-dochter in Hengelo. “We zijn een partner die de klant met raad en daad bijstaat, meedenkt en helpt met stukje engineering. Daarvoor hebben we ervaren en goed opgeleide buitendienstmedewerkers in dienst. Zij kunnen gebruik maken van onze testfaciliteit in Hengelo en het grote laboratorium van Schmalz in Duitsland.”
Ontladen snijmachines is probleem
Met zijn jarenlange praktijkervaring durft Nijhuis wel te stellen dat het ontladen van snijmachines nog echt een probleem is. Zeker in de Nederlandse plaatwerkindustrie met heel veel toeleveranciers, die een grote variatie aan producten snijden uit diverse materiaalsoorten, met allerlei diktes en afmetingen, met verschillende vormen en snijlijnen. “Die pak je niet zo maar manloos op”, zegt Nijhuis. “Ja, met een zuignaptapijt van 6 tot 8 vierkante meter met duizenden onafhankelijk van elkaar aan te sturen zuignappen pak je alles op wat je wilt hebben. Maar dat is vaak een grote investering. Medewerkers laten uitrapen blijkt dan toch goedkoper te zijn.”
Ondersteuning medewerkers
De meeste oplossingen richten zich dan ook op het ondersteunen van die medewerkers. Schmalz heeft hiervoor al tal van oplossingen geleverd: semi-automatische vacuüm tilhulpen naast de laser met een tilgewicht tot enkele honderden kilo’s, kleine heffers die 30 tot 50 kilo kunnen tillen, ook uitgerust met een haak om maskers af te voeren, slangheffers met magneten en voorzieningen die hele aluminiumblokken van zaagtafels oppakken. “We passen daarbij niet alleen Schmalz producten toe, maar integreren ook producten van derden in onze oplossingen”, zegt Nijhuis. “We denken mee in de meest ideale oplossing. Rekening houdend met de materiaalflow en de bouwkundige omstandigheden bij de klant kunnen we tilvoorzieningen op de vloer plaatsen, aan het dak, muur of een spant of aan een rail.”
Altijd een rekensom
De kosten spelen natuurlijk ook een rol. “Het is altijd een rekensom”, zegt Nijhuis. “Wat zijn de kosten en wat de opbrengsten? Tal van aspecten spelen daarbij een rol. Heb je veel repeterend werk of veel wisselend werk? Wat is het effect op de efficiency? Als je de wisseltijd van het bed kunt verkorten, kan de machine langer snijden. Ook de veiligheid speelt mee. We hebben medewerkers gezien die over de puntige roosters van een snijmachine lopen. Een struikelpartij kan lelijke verwondingen veroorzaken.”
Nijhuis ziet wel dat dat ondernemers nog steeds moeten wennen aan de bedragen die gepaard gaan met investeringen in handlingprocessen. Zeker als het gaat om geautomatiseerde, manloze processen. Investeren in echt manloos uitrapen wordt pas interessant als 70 à 80 procent – liever nog meer – van de plaatuitslagen automatisch kan worden opgenomen.
Hiervoor komen wel steeds betere systemen op de markt en Schmalz is bij diverse grote fabrikanten van lasersnijmachines betrokken bij het ontwikkelen van oplossingen. “Er is al veel mogelijk met hele zuigertapijten en intelligente grijpers met op afstand bestuurbare ventielen, die slim functioneren, ook als je maar kleine aanpakpunten hebt. Maar dan praat je wel over grote investeringen. Hoe hoger je het uitraappercentage wilt opvoeren, hoe hoger de investering.”
Anderzijds wordt de toepassing van dit soort oplossingen steeds eenvoudiger door de toepassing van intelligente software, digitale technieken en sensoren. In de Duitse automobielindustrie kunnen al hele zuigeilanden met de mobiele telefoon via NFC worden aangestuurd. Ejectoren kunnen worden uitgelezen, waarna met de telefoon parameters kunnen worden ingevoerd en gewijzigd. “We staan aan de vooravond van grote ontwikkelingen, die uiteindelijk ook in de Nederlandse plaatwerkindustrie zullen landen”, aldus Nijhuis.