Staalprijzen nog steeds onder druk
Veel staalmakers hoopten op een opwaartse prijscorrectie, maar die is er afgelopen maand niet van gekomen. Sterker nog: de basisprijzen vertoonden juist op de spotmarkt nog steeds een neerwaartse lijn.
De eerdere positieve verwachtingen over een prijsherstel in de loop van augustus zijn inmiddels behoorlijk getemperd
Volgens het StaalJournaal ligt de oorzaak hiervoor voor een deel bij de instabiele situatie op de Chinese markt, waar staal- en grondstofprijzen dan weer stegen en dan weer daalden.
Een koersvaste opwaartse prijsontwikkeling bleef uit vanwege de effecten van de zware Lockdown eerder dit jaar en de pessimistische verwachtingen over de onroerend goed markt in combinatie met uitblijvende stimuleringsmaatregelen door de nationale overheid. China’s Politbureau-vergadering zette eind juli de toon voor het economisch beleid in de tweede helft van 2022. Een grootschalige stimulans werd uitgesloten, hoewel deskundigen menen dat toch enige ondersteuning noodzakelijk zal zijn om de economie draaiende te houden.
Chinese fabrieken produceren minder
De hoop op een nieuwe hausse, zoals na de eerste Covid-golf, lijkt echter ongegrond. In China is het prijsniveau inmiddels zo laag, dat fabrieken tijdelijk minder zijn gaan produceren om hun verliezen te beperken. Overigens moet daarbij volgens het StaalJournaal worden gemeld dat regionale overheden vanwege de heersende hitte en beperkte energiebronnen grote energieverbruikers hebben gedwongen hun productiecapaciteit te verlagen. In juli daalde de totale productie met ruim 10% in vergelijking met juni.
Over de periode januari t/m juli nam het gefabriceerde tonnage ruwstaal af met bijna 6,5%. Ondanks de kleiner geworden productiehoeveelheden steeg de export van Chinees gewalst staal, wat volgens het StaalJournaal ook aan zou kunnen geven hoeveel de staalbehoefte in dat land onderuit is gegaan. Vergeleken met juli 2021 nam de export met bijna 20% toe naar 6.670 mto. Inmiddels is in China wel weer een toename van de productie te zien.
De staalprijzen op de Aziatische markt bleven als gevolg van de ontwikkelingen in China ook op een laag niveau. Bijvoorbeeld worden momenteel warmgewalste coils in landen als Vietnam en Thailand aangeboden met prijzen tussen de $ 610 – $ 630 per ton CFR, wat ook tot lage of zelfs nog lagere exportprijzen naar de EU geleid heeft.
Vakanties in Europa
Intussen gingen in Europa de vakantieperiodes van start en in combinatie met de nog steeds hoge voorraden bij de distributiebedrijven herstelde de vraag naar staal niet. Hierdoor hield de neerwaartse prijsdruk aan. Eurometal berekende dat de gemiddelde ligduur van de voorraden van de bij haar geregistreerde leden in juni 79 dagen bedroeg, terwijl dat in 2021 nog 53 dagen was. Europese staalmakers blijven worstelen met de gematigde vraag uit de markt en dus dunne orderboeken alsmede bovendien met niet-rendabele prijzen, waardoor ze gedwongen werden productiebeperkingen in te gaan voeren.
Lijnen tijdelijk stilgelegd
Diverse lijnen zijn tijdelijk stilgelegd. Natuurlijk deels ook vanwege de vakanties. Echter hebben diverse fabrieken de stops dan wel met een aantal weken verlengd. In Frankrijk heeft NLMK een verzinklijn tijdelijk gesloten voor onderhoud, maar nog niet bekend gemaakt wanneer de productie hervat gaat worden.
ArcelorMittal heeft een hoogoven met een capaciteit van 1,5 miljoen ton vanwege tegenvallende vraag stilgelegd. Ook hiervan is onbekend wanneer deze herstart zal worden. In Italië hebben drie staalfabrieken diverse lijnen, zoals hoogovens, elektro-ovens, metallurgie- en walslijnen uit productie genomen. Alleen al bij de hier genoemde ovens gaat het om een totale hoeveelheid van 6 miljoen ton op jaarbasis.
In Duitsland, Slowakije en Tsjechië zijn in totaal drie ovens stopgezet of ze draaien met gereduceerde capaciteit. ArcelorMittal heeft werktijdverkorting voor haar fabriek in Eisenhüttenstadt aangevraagd voor augustus en september.
Extreem lage waterstanden
Daarnaast is nog ongewis wat de gevolgen zullen zijn voor de Duitse staalindustrie in het algemeen vanwege de huidige extreem lage waterstand in de Rijn en de Waal. Deze rivieren worden gebruikt voor de aanvoer van ijzererts, kolen en schroot vanuit Rotterdam, maar ook voor de afvoer van gereed materiaal vanuit het Roergebied ten behoeve van exportopdrachten overzee. Dit kan slechts deels gecompenseerd worden middels railvervoer. De watertransporttarieven zijn inmiddels geëxplodeerd, namelijk van voorheen € 12 – € 15 per ton naar nu € 60 – € 65 of meer per ton. Daarbij zijn er ook nog transportbedrijven die extra toeslagen berekenen. De schepen, die de genoemde rivieren bevaren, kunnen nu tot maximaal 25% van hun capaciteit beladen worden.
Kostenstijging door gasprijzen
Afgezien van voorgaande problemen vreest de Duitse staalindustrie nog dat de gestegen gasprijzen tot een kostenstijging van jaarlijks ca. 1 miljard Euro zal leiden, zoals de Wirtschaftsvereinigung Stahl (de organisatie van Duitse staalproducenten) onlangs bekend maakte. Vermoed wordt dat de fabrieken deze kostenstijging in hun prijzen zullen willen verdisconteren, echter zou dat wel tot een verslechtering van de concurrentiepositie leiden.
De eerdere positieve verwachtingen over een prijsherstel in de loop van augustus zijn inmiddels behoorlijk getemperd.
Het StaalJournaal ziet hier en daar fabrieken aan zeer grote verbruikers binnen de EU of aan afnemers buiten de Europese Unie offertes voor spothoeveelheden afgeven met extreem lage prijzen. “Dat bevestigt nogmaals onze indruk dat de staalmakers relatief weinig orders hebben. Die lage aanbiedingen, zo begrijpen wij, moeten we zien als noodzakelijke aanvulling voor het kunnen produceren, ook al is het in beperktere omvang. Fabrieken hebben immers bepaalde minimale hoeveelheden nodig om de walslijnen überhaupt te kunnen laten draaien.”
Een andere verklaring zou zijn, dat fabrieken te grote voorraden van halfproducten hebben, zoals walsplakken (slabs) of walsknuppels (billets) en ook cashflow nodig hebben. Parallel daaraan hebben de fabrieken toch de stille hoop, dat door de bovenstaande productiebeperkingen tezamen met afnemende voorraden bij de afnemers de vraag naar gewalst staal zal gaan verbeteren. Die hoop wordt mede gevoed vanwege, naar men beweert, een licht verbeterde vraag vanuit de automobielsector waar de toelevering van onderdelen minder gecompliceerd schijnt te zijn. “De komende maand zal meer duidelijk worden welke ontwikkelingen we mogen verwachten”, besluit het StaalJournaal.