STODT biedt versnelde opleiding CNC-verspaner ook aan in Zuid-Nederland
Wegens succes in Oost-Nederland gaat opleider STODT Toekomsttechniek de eenjarige BBL3-opleiding tot CNC-verspaner eveneens aanbieden in het zuiden des lands. Vanaf september kunnen gegadigden ook in regio Eindhoven terecht om zich versneld te laten opleiden of omscholen tot CNC-draaier of CNC-frezer.
Het unieke van de ‘Sprint-BBL’ van STODT is dat de nominale opleidingsduur van drie jaar wordt gereduceerd tot slechts één jaar mits de leerling voldoet aan het profiel. Na een uitgebreide intake leert de deelnemer in een voorschakeltraject van tien weken de basisprincipes van het vak. Daarna volgt de daadwerkelijke Sprint-BBL, onder intensieve en deskundige begeleiding.
Aantrekkelijk voor bedrijven
Dankzij de korte studietijd is de Sprint-BBL aantrekkelijk voor bedrijven die bestaande medewerkers willen laten omscholen zonder drie jaar te hoeven investeren in begeleiding. Door samenwerking met uitzendorganisatie Randstad Techniek kan STODT bedrijven ook gemotiveerde nieuwe medewerkers aanbieden die direct met de opleiding beginnen. Bij deze laatstgenoemde variant zijn er vanuit het sectorplan veel bijdragen mogelijk, waardoor de opleiding zelfs tot 100 procent kan worden vergoed. Dat maakt de opleiding zowel voor bedrijven als iedereen die zich wil laten omscholen in de techniek heel aantrekkelijk.
Al jaren een succces
De Sprint-BBL wordt in Hengelo (O) al enkele jaren gegeven, om te voorzien in het op niveau brengen van mensen in de techniek met als uiteindelijk doel om de maakindustrie in Nederland te voorzien van voldoende gekwalificeerd personeel. Naast niveau 3 biedt STODT ook niveau 4 verspaningstechnoloog en de HBO module verspaning. Jaarlijks levert STODT via deze trajecten ongeveer 70 volleerde CNC-verspaners af. Daarbij onderscheidt STODT zich op diverse punten van andere opleiders, aldus Klaas Trienekens, accountmanager regio Zuid: “Zo hebben wij een eigen modern CNC machinepark, wat maakt dat bedrijven gedurende de cursus machinetijd volledig kunnen blijven inzetten voor productie. Een eigen machinepark kunnen scholen zich doorgaans niet permitteren. Wat ons ook bijzonder maakt, is dat we georganiseerd zijn als een bedrijf. Wij snappen wat er in het bedrijfsleven speelt en spreken de taal. In tegenstelling tot scholen krijgen we geen overheidssteun.”