Succesvol open huis DMG Mori
DMG Mori heeft eind november een succesvol open huis gehouden in Veenendaal. “We hebben een fantastische show gehad”, zegt sales director John Kooning.
Niet alleen toonde DMG Mori een groot aantal machines, maar ook schotelde het de bezoekers enkele aantrekkelijke seminars voor, met name op het gebied van 3D-printen. Hier werd onder meer informatie gegeven over de materialen die worden gebruikt bij het 3D-printen en over de techniek van het 3D-cladden. “Want dat is de techniek die wij doen”, aldus Kooning. Ook een klant die het 3D-printen inzet voor medische toepassingen (bijvoorbeeld voor het produceren van onderdelen voor het herstel van kaken en schedels) leverde een interessante bijdrage.
Grotere projecten
Er werden diverse machines verkocht, en daarmee droeg het open huis bij aan ‘een hartstikke mooi jaar 2015’, dat volgens John Kooning qua resultaten volledig aan de verwachtingen heeft voldaan. “Het was echt het jaar van de wat grotere projecten. Dat wisselt nogal eens. Het ene jaar verkoop je meer kleinere machines, het andere jaar doe je meer grote complexe projecten. Het is allebei interessant. Een complex project is natuurlijk altijd heel uitdagend, maar het is net zo leuk als je iemand goed op weg kunt helpen met een kleinere machine.”
Kooning heeft goede verwachtingen voor 2016, waarin DMG Mori deel zal nemen aan Techni-Show. “We verwachten iets te plussen ten opzichte van 2015. We zitten momenteel in de opbouwende jaren. Dat gold voor 2015 en dat geldt ook voor 2016. Men is de boel echt weer aan het oppakken.”
De enige zorg die Kooning heeft, zijn de banken. “Sommige banken hebben de juiste aansluiting naar hun klanten nog niet gevonden. Dat is jammer omdat de bedrijven verder willen, ook verder moeten. Er is vraag genoeg uit het buitenland, de Nederlandse markt is goed en we hebben hier tal van slimme mensen. Dat moeten we uit kunnen nutten. De grote bedrijven redden zich wel met hun investeringen. De kleinere bedrijven hebben daarmee door de opstelling van sommige banken helaas soms wat meer moeite.”