Zorgen CNV Vakmensen om uitzendkrachten en chauffeurs
Chauffeurs worden behandeld als paria’s die het coronavirus komen verspreiden en uitzendkrachten krijgen opeens slechtere contracten voorgeschoteld of worden zonder inkomen naar huis gestuurd. Dat constateert CNV Vakmensen.
Uitzendkrachten lopen op dit moment grote risico’s om hun werk en inkomen kwijt te raken, waarschuwt Marten Jukema, onderhandelaar van CNV Vakmensen voor de uitzendbranche. “Veel werk is weggevallen. We krijgen nu verontrustende signalen van uitzendkrachten, die opeens slechtere contracten krijgen voorgeschoteld of zonder inkomen naar huis worden gestuurd. We doen een dringende oproep aan alle uitzendbureaus om op een nette manier met hun uitzendkrachten om te gaan en bestaande contracten te respecteren. Help hen zo goed mogelijk door deze crisis heen.”
Volgens Jukema dreigen tienduizenden uitzendkrachten tussen wal en schip te vallen. “Het gaat hier om een groep kwetsbare mensen, die nu opeens massaal zonder werk zitten en vaak weinig financiële reserves hebben. We moeten met elkaar voorkomen dat zij zonder inkomen thuis komen te zitten. Er is een vangnet voor werknemers, er is geld voor zzp’ers, laat er dan ook perspectief zijn voor al die uitzendkrachten.”
De bond doet een dringend beroep op alle uitzendbureaus om snel duidelijkheid te verschaffen en uitzendkrachten gerust te stellen. “Het noodpakket van het kabinet is er óók voor de uitzendbranche”, onderstreept Jukema. “Uitzendbureaus kunnen een tegemoetkoming krijgen voor de uitzendkrachten die bij hen in dienst zijn. En zelfs voor uitzendkrachten met een uitzendbeding biedt het noodpakket perspectief. Als er voorlopig geen werk is bij de inlener, kan het uitzendbureau hen een tijdelijk contract aanbieden. Daar stelt de overheid geld voor beschikbaar.”
Chauffeurs
Uit een peiling die CNV Vakmensen afgelopen dagen hield onder vrachtwagenchauffeurs blijkt veel ergernis over de manier waarop zij hun werk moeten doen. Hun goederen mogen ze laden en lossen, maar op een warm welkom hoeven de vrachtwagenchauffeurs niet te rekenen. “Ze worden op veel plekken behandeld als paria’s, alsof ze zelf het virus komen verspreiden”, concludeert CNV-bestuurder Tjitze van Rijssel. In totaal 131 chauffeurs deden mee aan de peiling en deelden hun ervaringen. Meer dan de helft maakt zich grote tot zeer grote zorgen dat ze tijdens het werk het coronavirus oplopen. In veel gevallen lukt het hen ook niet om voldoende afstand van anderen te houden, vooral in de wachtruimtes bij het aanmelden van de vracht. Verreweg de meeste chauffeurs (84%) geven aan dat ze allerlei maatregelen nemen om zichzelf te beschermen (handgel, een eigen watertankje en zeep, desinfecterende doekjes, geen handen geven).
In de peiling geven 117 chauffeurs aan dat ze – sinds het coronavirus – anders worden behandeld. “Veel bedrijven waar chauffeurs komen, hanteren zeer strikte maatregelen om hun eigen medewerkers te beschermen”, zegt Van Rijssel. “Het gevolg is dat de arbeidsomstandigheden en de behandeling van chauffeurs die komen laden of lossen slechter is dan voorheen. Ze staan dicht op elkaar gepakt in kleine wachtruimtes en mogen het pand niet in. Op veel plekken hangen papieren dat de toegang is geweigerd, ook voor een toiletbezoek. Dus kunnen de chauffeurs nergens terecht of zijn ze aangewezen op een niet al te frisse Dixie, zonder stromend water of handgel. We kregen ook reacties van vrouwelijke chauffeurs, die op meerdere plekken geen gebruik konden maken van het toilet. Een van hen ging uit voorzorg maar minder drinken.”
Goed of slecht geregeld
CNV Vakmensen vroeg de chauffeurs naar bedrijven die het goed en slecht geregeld hebben. “Een pluspuntje voor het bedrijf RedStar in De Lier, daar krijgen chauffeurs zelfs een klein lunchpakket mee”, merkt iemand op. Van Rijssel: “Dit soort verhalen horen we gelukkig ook, de chauffeurs noemen veel bedrijven die het goed voor elkaar hebben.”
Samen met de werkgevers lanceren de vakbonden deze week een campagne, om aandacht te vragen voor de situatie van vrachtwagenchauffeurs. “We willen graag dat bedrijven en vooral ook de mensen die daar werken normaal blijven doen tegen de chauffeurs.”